Waarom Twitter door zijn gebruikers gekocht moet worden

Platformcoöperaties moeten gebruikers én werknemers meer zeggenschap geven over digitale platforms als Twitter.

Twitter #BuyTwitter #WeAreTwitter

Twitter is voor investeerders niet meer de oogappel van weleer. Het sociale netwerk dat het nog altijd niet lukt om winst te maken en overschaduwd wordt door nieuwkomers als Instagram en Snapchat stond te koop, maar er werd niet toegehapt. Maar in plaats van overname door een mediaconglomeraat is er een alternatief om het platform meer op de wensen van gebruikers in te laten spelen: maak er een platformcoöperatie van.

Twitter bestaat dit jaar tien jaar, een eeuwigheid in internettermen, maar veel reden tot feest is er voorlopig niet. De groei van het aantal gebruikers is gestokt, het platform weet zich geen raad met trolls (treiteraccounts), en winst maakt het ook al niet. Recentelijk bleken grote overnamekandidaten als Google en Disney niets te zien in de koop van Twitter, en het platform maakte bekend zo’n 350 werknemers te ontslaan. Ook trekt het de stekker uit Vine, de videodienst die het zelf in 2012 kocht om meer gebruikers te trekken. Een van de oprichters van Vine twitterde teleurgesteld het advies om vooral je bedrijf niet te verkopen:

Dat het verkopen van je bedrijf aan een groter bedrijf niet altijd positief uitpakt omdat je de controle erover verliest is een gegeven, maar zoals gezegd wilde uiteindelijk toch niemand Twitter kopen. Maar onder de hashtags #BuyTwitter en #WeAreTwitter pleit een groeiende beweging voor een andere optie: de platformcoöperatie. De kern van het idee is simpel: laat de gebruikers het platform overkopen, zodat het bedrijf zich meer richt op wat goed is voor de gebruikers.

The Guardian
Een artikel in the Guardian van journalist, publicist en mediawetenschapper Nathan Schneider zette het idee op de kaart. Samen met Trebor Scholz, universitair docent aan The New School in New York, organiseerde hij in 2015 een conferentie over platformcoöperaties en stelde hij een boek samen over het idee. In het artikel stelt hij dat Twitter niet beter wordt voor zijn gebruikers als het door Wall Street wordt gerund. Gebruikers zouden gezamenlijk het bedrijf moeten overnemen om het aan te sturen.

Schneider legt uit waarom hij het voorstel in The Guardian schreef: “Sinds een tijdje realiseer ik me dat we moeten erkennen dat de grote online platforms eigenlijk een soort nutsvoorzieningen zijn. En nutsvoorzieningen functioneren het beste als ze publiekseigendom zijn – eigendom van de mensen die ervan afhankelijk zijn. Dus toen het nieuws naar buiten kwam dat Twitter te koop stond leek het me vanzelfsprekend: waarom wordt het niet verkocht aan de mensen die er het meeste van afhankelijk zijn?”

Nutsvoorziening
Het beeld van Twitter als nutsvoorziening verraadt een andere kijk op het belang van het platform. Een anonieme groep aandeelhouders zal vooral aansturen op winstmaximalisatie, waar de gebruikers meer zullen kijken naar hun eigen wensen voor het platform. Schneider noemt Twitter een essentieel medium van informatie-uitwisseling, en vergelijkt het met het grote Amerikaanse persbureau Associated Press, dat sinds 1846 als coöperatie wordt gerund door een groep kranten en andere nieuwsmedia.

Het idee van de coöperatie is dus ook niet nieuw. Het stamt uit de 19e eeuw, toen de stormachtige ontwikkelingen van de Industriële Revolutie zorgden voor ongelijke economische machtsverhoudingen die mensen deed nadenken over democratische werkvormen waarin een wederzijds belang centraal stond. De coöperatie is eigenlijk nooit van het toneel verdwenen, maar wint nu weer aan populariteit in de tijd van Occupy Wall Street en Piketty, waarin groeiende ongelijkheid en precaire werkvormen steeds meer mensen zorgen baren. Zo werd het jaar 2012 door de VN tot Internationaal Jaar van de Coöperaties bestempeld.

Piraten
Ook politieke nieuwkomer de Piratenpartij is in Nederland een van de voorstanders van coöperaties. De partij ziet zichzelf graag als voorbeeld van een bottom-up beweging, en is dus gecharmeerd van de structuur van de coöperatie, waarbij de macht meer onderaan ligt dan aan de top. Matthijs Pontier, derde op de kandidatenlijst voor de Tweede Kamer namens de Piratenpartij, legt uit: “Wij zijn heel erg bezig met machtsspreiding. En coöperaties zijn een ideale vorm om macht zoveel mogelijk te spreiden, omdat werknemers samen verantwoordelijk zijn voor die coöperatie, dus je hebt niet meer een werkgever die de baas is. En tegelijkertijd heb je ook niet meer een overheid die de baas is.”

Platforms als Twitter of Facebook kunnen door hun sterke positie wegkomen met zaken die gebruikers eigenlijk tegenstaan, zoals reclame of verkoop van persoonlijke gegevens: “Er gaan natuurlijk een heleboel dingen veel beter als gebruikers zelf bepalen hoe het platform werkt. Die denken vanuit hun gebruikersbelang. Bedrijven denken vanuit hun monopoliepositie en hoe ze die kunnen behouden of verstevigen.” “Ik gebruik nu ook Facebook ondanks dat ik het niet zo’n fijn bedrijf vind, omdat het toch wel belangrijk voor mij is om mensen te bereiken en in contact te treden met iedereen, omdat zoveel mensen het gebruiken.”

Monopolie
Een groot deel van de macht van digitale platforms ligt dus in de monopoliepositie die ze bezetten. Een platform als Facebook of Whatsapp heeft pas echt waarde als iedereen van datzelfde netwerk gebruik maakt. In economische termen wordt dit het netwerkeffect genoemd. Als er niemand aangesloten is op het telefoonnetwerk heb je er weinig aan. En als elk van je vrienden op een ander netwerk zit dat je niet kunt bereiken ook niet. De machtspositie die zo’n monopolie met zich meebrengt is waar andere digitale platforms als Uber en Airbnb met hun agressieve uitbreidingsstrategieën ook naar op zoek zijn.

Maar elk van deze platforms heeft weer een andere relatie tussen werknemers en klanten, dat maakt dat de platformcoöperatie ook geen standaardoplossing is. Schneider: “Voedselcoöperaties zijn vaak eigendom van hun klanten, omdat het heel helder is wie de klanten zijn. Voor fabrieken is het weer heel duidelijk wie de werknemers zijn, dus voor hen kan het werknemersmodel goed werken. Twittergebruikers zitten daar ergens tussenin; ze betalen niet voor een product, terwijl ze wel onbetaald de gehele inhoud van het product verzorgen. Sommigen zeggen dat de gebruikers zelf het product zijn dat verkocht wordt aan adverteerders. Sommige gebruikers dragen erg veel bij aan de gemeenschap, anderen zijn trolls.”

“Er is dus geen duidelijke overeenkomst over wie de belanghebbenden en beheerders zouden moeten zijn. Maar een goede mix van gebruikers en werknemers als eigenaren zou veel beter een fatsoenlijk, duurzaam platform kunnen creëren dan een opzet waarbij aandelen rücksichtslos worden verhandeld op de beurs, puur voor hun speculatieve waarde.”

Twitter als coöperatie
Maar wat maakt Twitter dan de moeite waard om een tweede leven als coöperatie te leiden, nu de technologiereuzen het niet willen kopen, en het bedrijf zich moeilijk kan bedruipen? Sinds de start van het bedrijf, toen het vooral bekend stond als een manier om van minuut tot minuut de dagelijkse beslommeringen van celebrities te volgen, heeft het volwassener en professionelere functies gevonden. Zo is het de plek geworden waar veel publieke personen en instanties communiceren met de wereld. Bedrijven gebruiken het om klanten te helpen met klachten, en veel publiek debat wordt – soms te hardvochtig – op Twitter gevoerd. Een activistische beweging als Black Lives Matter is ontstaan rond de gelijknamige hashtag.

Ook veel politici kunnen er niet omheen. Pontier: “Ik ben via Twitter in eerste instantie in contact gekomen met verschillende privacy-organisaties en met organisaties die bezig zijn met drugsbeleid. En uiteindelijk ben ik ook zo bij de Piratenpartij terechtgekomen, en daar heeft het ook een extra functie voor mij. Ik ben een volksvertegenwoordiger, het is ook een goede manier om te laten zien waar ik mee bezig ben, en in contact te komen met mensen. En niet alleen met mijn eigen achterban.” Ook voor Schneider is het onmisbaar geweest in zijn loopbaan: “Twitter greep mij toen ik verslag deed van de Arabische lente. Ik besefte toen dat je er op een totaal nieuwe, directe manier mee in contact kon staan met de wereld. Sinds toen is het onmisbaar geweest voor mijn werk als journalist.”

Digitale wereld
Maar het oude idee voor een nieuwe, digitale wereld heeft nog een lange weg te gaan. Op het coöperatieve discussieplatform Loomio wordt dan wel driftig gediscussieerd over de te volgen tactiek om invloed te winnen voor Twittergebruikers, Twitter is simpelweg te duur om in een keer door een groep gebruikers overgekocht te worden. Dat is ook de reden dat de #BuyTwitter hashtag gezelschap kreeg van #WeAreTwitter. De focus werd meer verlegd van een direct koopplan naar het tonen van de onmisbare waarde van de gebruikers voor het platform zelf. Maar het gaat de voorstanders van de platformcoöperatie ook om het veranderen van het denken over wat goede werkvormen zijn, wie zeggenschap zou moeten hebben over nieuwe digitale infrastructuur, en waar eventuele winsten naartoe gaan. Ondertussen heeft de gemeenteraad van Barcelona het concept al omarmd, en dook het ook op in het Digital Democracy Manifesto van Jeremy Corbyn. Ook als Twitter uiteindelijk ten onder gaat is het idee van de platformcoöperatie nog springlevend.