2345 Launch Project

I wrote a short story for online magazine Tijdschrift Ei. I wrote it in Dutch, the title is 2345, and it’s about the summer of 2345 where there appears to be an end to scientific discovery. A young scientific promise, Warren Goudsmit, also pinball addict, is in a gang on the campus of the three universities of Antarctica who are paid searchers for those little morsels of scientific research that haven’t been explored yet. The story can be found below:

2345

De zomer van 2345 was een slechte, voor de wetenschappers. Het zat er al een tijdje aan te komen, maar alles was nu zo onderhand wel ontdekt en uitgevonden. Voor het publiek konden ze nog wel een tijdje de schijn ophouden, wat oude theorieën oppoetsen en als nieuw verkopen, maar de echte die hard onderzoeker wist het. Het vat was leeg. De filosofen konden nog wel even vooruit met de vraag “Wat Moet Je Als Filosoof Als Alles Al Bedacht En Uitgevonden Is?” “(in hemelsnaam)” maar voorlopig raakten zij in een spagaat aangezien nog niet alles bedacht is zo lang je deze vraag maar voor je uit schopt.

Het was in deze tijd dat Warren Goudsmit, jong briljant wetenschapper en flipperkast-aficionado, zijn tijd verdeed met flipperkasten in de kantine van de Tweede Universiteit van Antarctica. De Tweede Universiteit van Antarctica stond bovenop de Eerste Universiteit van Antarctica, want toen men na het succes van de Eerste de Tweede wilde oprichten kwam men tot de conclusie dat de beste locatie hiervoor al bezet was door de Eerste. Na het initiële geharrewar met zaalaanduidingen bleek dit nog best te werken en hier en daar kon men kosten delen, wat de kwaliteit van het onderwijs alleen maar ten goede kwam. De Derde Universiteit van A. stond honderd meter verderop. In de dagelijkse gang van zaken op de tri-campus sprak men wel van de uva, twuva en druva.

Warren was lid van de OnderZoekers, één van de grootste gangs in de subcultuur van querulanten, ook wel queries genoemd. Waar het wetenschappelijk landschap volgebouwd leek, waren gretige en gearriveerde wetenschappers op zoek naar die paar steegjes en achterbuurten van nog niet in kaart gebracht terrein. Dit spaarzame onontgonnen gebied was uiteraard moeilijk te vinden, maar de vraag was hoog, dus was het goud waard. Zo’n zoektocht, vaak zelf ook querie genoemd, was echter niet alleen moeilijk maar ook langdradig en oersaai, wat er voor zorgde dat niet iedereen zich hieraan waagde, en een markt was geboren. Op de tri-campus waren meerdere queries actief in allerlei organisatieverbanden, maar de grote rivaliteit was ongetwijfeld die tussen de OnderZoekers en de WetensGappers. In de relatief korte tijd waarin het fenomeen van de queries zich had gemanifesteerd was de wederzijdse haat als een onoverbrugbare kloof gegroeid die de tri-campus in tweeën spleet. Je wist voor wie je was en loyaliteit werd royaal beloond. Voor Warren was het niet alleen een oase van hersenactiviteit in de woestijn van de wetenschap, maar ook een broodnodige inkomstenbron om zijn flipperkastverslaving te bekostigen.

Het flipperkasten intrigeerde hem; in principe kon je de baan van de kogels en de benodigde impuls van de flipper calculeren, en dus altijd de maximale score uit een kast halen, maar het menselijk brein was ook in het jaar 2345 nog niet zo ver kunstmatig doorgeëvolueerd dat het real time mogelijk was. Als in een schaakspel tegen een starre opponent die altijd dezelfde set regels als strategie hanteert probeerde Warren zoveel mogelijk flipper-kogelcontacten vooruit te denken. Vooruitdenken was niet zijn sterkste kant, en met het flipperkasten probeerde hij het te trainen. Het antieke spel bleek nog altijd een uitdaging. Zijn huidige slaapgebrek veroorzaakt door zijn recente querie in combinatie met zijn geldgebruik speelde hem in deze echter ook parten. In de 22e eeuw hadden chemici namelijk samen met economen een economisch stelsel bedacht op basis van een nieuwe ideale drug in muntvorm, al gauw simpelweg “geld” genoemd. In plaats van valuta’s te creëren die geen echte tegenwaarde hadden buiten het grillige menselijke vertrouwen, was deze simpele softdrug zonder bijwerkingen en zonder verslavingsrisico met zijn licht prettige uitwerking een ideaal afwegingsmiddel voor mensen voor het waarderen van diensten en producten. Nadat bleek dat het illegaal namaken van de drug meer kostte aan grondstoffen dan dat het opleverde aan geld, konden alle overgebleven staten in de wereld met een gerust hart deze nieuwe valuta invoeren. Wat de econochemici echter niet hadden bedacht was dat het voor sommige individuen nodig was dit geld in te zetten voor diensten of producten die wél verslavend waren, zoals het flipperkasten voor Warren. Desalniettemin zorgde geld ervoor dat Warren zich beter kon focussen op zijn querie, wat hem uiteindelijk altijd veel meer geld opleverde dan het hem kostte.

Zijn huidige opdracht was een speciale; een soort vervroegd pensioen moest het worden. Met het vooruitzicht van een wetenschappelijke wereld waar geen eer meer viel te behalen voor een jong genie en een al opgebouwde hoeveelheid querie-geld waar hij een redelijke tijd mee vooruit zou kunnen, had hij nog één grote vondst nodig om zich uit deze steeds gewelddadiger wereld te onttrekken. En deze kans had zich recent aan hem voorgedaan. Eén van de oudere en vooraanstaande professoren natuurkunde van de twuva had, om niet geheel andere redenen dan Warren, zich bedacht nog één grote slag te slaan, alvorens zijn pensioen en/of het opdrogen van de kennisbron zich aandienden. Omdat er voor hem nogal wat druk op de ketel stond, had hij besloten tot het uitloven van een tot op heden ongeëvenaarde hoeveelheid geld als beloning, om bovendien als eerste opdrachtgever het te wagen de OnderZoekers en de WetensGappers tegen elkaar uit te spelen in deze querie.

Warren wist wat er op het spel stond. Als één van de top queries van de OnderZoekers was hij het doelwit van vele waarschuwingen en fysieke bedreigingen van de kant van de WetensGappers, maar in deze ultieme strijd wist hij ook in zijn eigen kamp gevaarlijke rivalen. Al tweemaal vond hij een losgerukte en geknakte flipper op zijn deurmat, en zijn verslaving was bij zijn eigen gang veel beter bekend dan bij de WetensGappers. Er was ook een andere reden voor alle intimidaties: natuurkunde was zijn sterke kant. Hij kende het vakgebied want het was het zijne. Hij had al enkele keren een dood spoor gevolgd, maar nu was hij er vrij zeker van dat hij zijn doel bereikt had; tijdens het vele verifiëren van zijn vondst in het archief van de faculteit zat hij dan ook oncontroleerbaar te stuiteren op zijn zetel. Het was een oude variant op het n-lichamenprobleem, geformuleerd in de 23e eeuw, dat schijnbaar nog nooit opgelost was. Het behelsde een vrij theoretische stelling over een toenemende hoeveelheid ronde lichamen en hoe hun bewegingen dan wel voorspelbaar waren dan wel chaotisch bleken. Het was een combinatie van eindeloze observaties en veel mathematische poeha, maar het was perfect voor de opdrachtgever.

Het binnenhalen van de opdracht door Warren bracht een storm aan ontwikkelingen op gang op de tri-campus. Het gonsde op de gangen van niet alleen de twuva, maar ook de uva en druva, dat er weer een professor met een grootscheeps onderzoek bezig ging. Alle onderzoeksassistenten en promovendi fladderden rond op zijn afdeling om te kunnen bedelen om die paar felbegeerde onderzoeksplaatsen. De nakende kennisdroogte leek weer even afwendbaar; een nieuw elan maakte zich meester van de gemoederen. Ook de vrij recente maar onwrikbaar geachte machtsstructuur van de OnderZoekers en de WetensGappers leek af te brokkelen; de interne spanningen die de recente zoektocht met zich meebracht bleken een flinke tik uit te delen aan de rivaliteit tussen beide kampen. De meest onvoorziene gevolgen waren echter voor Warren zelf.

In een grote haast om de experimenten met ronde lichamen uit te voeren, vorderde de twuva terstond alle zulksoortige objecten op de gehele tri-campus. Daar dit soort experimenten al sinds jaar en dag niet meer uitgevoerd werden, bleek men aangewezen op de inhoud van alle flipperkasten op de campus. Dit had Warren niet zo een-twee-drie zien aankomen. Als een beteuterd kind voor een lege snoepwinkel staarde hij in het glas van zijn favoriete flipperkast. Voor een korte tijd leek het leven zinloos: hij had een berg geld waar een pensioengerechtigde jaloers op was, maar geen flipperkasten om het meer aan uit te geven. En al was Antarctica sinds de klimaatveranderingen in de 21e eeuw een prettiger plek om te verblijven, buiten de tri-campus was er op het continent weinig menselijke activiteit te vinden; een werkende flipperkast was er in een straal van 2000 kilometer om hem heen waarschijnlijk niet te vinden. In een poging zijn gedachten eens op een rijtje te zetten, besloot hij uiteindelijk om het nabijgelegen strand te bezoeken. Sinds hij vier jaar geleden op Antarctica arriveerde had hij de buitenlucht nog nauwelijks gevoeld, en het StrandArctica, zoals het nabijgelegen themastrand heette, moest erg goed toeven zijn. Je kon in de verte de laatste ijsberen zien, die sinds het verdwijnen van de noordelijke poolkappen hier vlak voor de kust op een replica van het eiland Spitsbergen waren uitgezet, en de Eskimosnacks en -ijsjes waren tijdens het zonnebaden niet te versmaden. Met een zak geld en een geleende badhanddoek vlijde hij zich neer op het fijne zand. Voor het eerst in zijn leven kon hij slechts gissen wat de volgende dag hem zou brengen, maar misschien was dat wel zijn echte winst.